Degustatieverslag : Duitsland (stroomgebied Rijn) d.d. 13/04/2016

Doel van deze degustatie: wie Duitsland zegt denkt onmiddellijk aan riesling. Geen enkel ander wijnland kan dezelfde referenties en know-how voorleggen als het om rieslingwijnen gaat. Toch valt het ons op hoe zelden de Duitse wijnindustrie promotie maakt voor haar wijnen. Ook het oenotoerisme gaat grotendeels aan dit fenomeen voorbij. De Duitsers zelf hebben een probleem met zoals wij zeggen “wijncultuur”. Onze Oosterbuur is niet alleen een autoland maar ook en vooral een bierland. Hun bieren behoren inderdaad tot de beste van de wereld maar hun Duitse wijnen worden steevast stiefmoederlijk bekeken. Dat is jammer want er worden prachtige wijnjuwelen gemaakt op de (meestal) steile hellingen in het stroomgebied van de Rijn en haar bijrivieren.

Wijnland Duitsland is uiteraard al enkele keren aan bod gekomen in onze vereniging met een terugkerend onderwerp riesling. Toch zijn bij onze Oosterburen nog andere interessante druivenrassen die eens in de schijnwerper mogen. Het leek ons daarom een goed idee om een mix te maken van enerzijds de diverse wijnstreken in het stroomgebied van de Rijn zodat ook de zijrivieren eens aan bod konden komen. Anderzijds gaf het ons de gelegenheid om andere druivenrassen dan riesling op de proeftafel te plaatsen.    

Geografische en ampelografische situatie in Duitsland anno 2016:

De eerste wijnstokken werden (uiteraard) geplant door de Romeinen 1e eeuw voor en na Chr. (Rijn en Moezel). Vandaag en met een oppervlakte van 102.000 ha is Duitsland nummer 8 van de wereld qua wijnproductie (ter vergelijking: dit is ongeveer 1/10 van de oppervlakte in Frankrijk, Italië of Spanje). De wijnstokken brengen in totaal 9 miljoen hl op, omgerekend naar aantal flessen = 1,2 miljard. Het aandeel witte wijn is ca. 65%,  rood 35%. In globo vindt u wijnranken van aan de Elbe in het oosten tot Basel in het zuiden. De productie situeert zich wel hoofdzakelijk aan de oevers van de Rijn en haar zijrivieren (cfr. bijgevoegde kaart) en kent een grote bodemvariëteit:

(leisteen, vulkanisch gesteente, mergel, graniet, leem …)

afbeelding-1-kaart



 

Belangrijkste druivenrassen (in ha):

In wit : Riesling  23000 – Müller-Thurgau (= Rivaner) 13500 – Silvaner 5000

In rood : Spätburgunder 12000 – Dornfelder 8000 – Portugieser 3500

 

Classificatie van Duitse wijnen:

Een heikel thema want de huidige wetgeving en het resultaat in het glas zijn voor de moderne wijnconsument quasi onbegrijpbaar. Er zijn zoveel regels (Deutsche Gründlichkeit weet u wel), uitzonderingen en toevoegingen dat je het bos door de bomen niet meer ziet.

De huidige wetgeving om de kwaliteitsstandaarden te bepalen draait om het principe van de restsuiker èn het stadium van rijpheid. In geen enkel wijnland ter wereld wordt dit principe gehanteerd en door de onduidelijkheid hiervan laat menig consument de Duitse wijn voor wat ie is en koopt een fles met duidelijk(er) etiket. Verderop in deze bespreking vindt u een alternatief aangeboden door een grote groep wijnbouwers met een moderne classificatie-structuur. Met het volgend schemakaartje wordt de huidige (klassieke) situatie al duidelijker:afbeelding-2-grafiek

De eerste 3 klassen (Deutscher Wein, Landwein en Qualitätswein bestimmter Anbaugebiete (QbA) zijn meestal bulkwijnen met een extra hoog rendement/ha, mogen gechaptaliseerd worden en kunt u bijgevolg als wijnliefhebber beter vermijden.

De “Qualitätswein mit Prädikat” (QmP) wijnen zijn onderverdeeld in 6 en zijn (in principe!) gecatalogeerd volgens hun restsuikergehalte. Zo zou Kabinett de droogste wijn moeten zijn en de Eiswein de zoetste maar dit is niet altijd het geval want volgens het inzicht van de wijnmaker levert hij in sommige gevallen een wijn met laag alcohol en vrij zoet of omgekeerd met hoog alcoholgehalte en vrij droog. De extra aanduidingen op het etiket (trocken, halbtrocken, feinherb en lieblich) zijn een indicatie van het suikergehalte maar het is zeker geen wiskunde. Met de 3 eerste (Kabinett, Spätlese en Auslese) kunt nog voor verrassingen (of teleurstellingen) komen te staan indien u de wijnen niet vooraf geproefd heeft. De 3 overige leveren altijd wijnen met wat (of veel) restsuiker maar zijn wel de “Spitzweine” van de Duitse wijngaarden en stellen zelden teleur.

Beerenauslese: uitgezochte druiven (geen trossen!) deels aangetast met “edelrot”

Trockenbeerenauslese: in een nog later stadium geoogst, enkel door “edelrot” uitgedroogde bessen

Eiswein: bijzondere percelen (niet noodzakelijk uitgedroogde bessen) geoogst in abnormale weersomstandigheden bij een temperatuur van ten minste -7°C incl. vervoer naar de wijnkelder bij vriestemperatuur.

Onnodig te zeggen dat deze 3 wijnen extreem duur zijn. In 2014 werd nog Eiswein van een recente jaargang verkocht voor 15.000 euro!

 

In 2000 werd al een eerste stap gezet naar een vereenvoudiging van het systeem met een herkenbaar profiel op het etiket.

Wijnboeren kregen een bijkomende mogelijkheid om 2 kwaliteitsnormen op het etiket te vermelden:

  • “Classic” : de wijn moet uit een welbepaald (wijn)gebied komen met de status van “Prädikatwein”, moet minstens 12% alcohol bevatten èn maximaal 15% restsuiker. Naar Duitse normen spreekt men dan al van “trocken”, maar u begrijpt dat met 15% restsuiker de wijn naar onze normen niet droog is.
  • “Selection”: of de topklasse van de Duitse wijnen. Druiven afkomstig van welbepaalde percelen met “Erster Gewächs” of “Grosses Gewächs” status. Beperkte opbrengst en manuele pluk zijn verplicht. Zij mogen pas vanaf 1 september van het jaar volgend op het oogstjaar op de markt worden gebracht.

 

Deze wetgeving komt nog eens bovenop de reeds bestaande en geef toe, daar krijgt u toch een punthoofd van?

Dat het veel eenvoudiger kan bewijst een consortium van ca. 200 vooraanstaande wijndomeinen die zich in 2012 verenigd hebben onder de noemer “VDP”, voluit  „Verband Deutscher Prädikats und Qualitätsweingüter“.

Zij gaan qua kwaliteitsstandaard niet meer uit van het öchsle-gehalte van de most maar hebben zich gespiegeld aan de indeling van Bourgogne en dit op basis van het “terroir”. Hieronder een piramidaal schema ter verduidelijking:afbeelding-3-grafiek

  • Gutswein is de instap-categorie en staat voor wijnen herkomstig uit 1 welbepaald herkomstgebied en van gronden verbonden aan het wijndomein, max. 75hl/ha opbrengst en min. 80% toegelaten kwaliteitsrassen. (equivalent Bourgogne: regionale wijn, vb = bourgogne)
  • Ortswein is de tweede categorie met nog strengere regels dan Gutswein. De geoogste druiven mogen slechts uit 1 welbepaalde gemeente komen. (equivalent Bourgogne: gemeentewijn, vb =Gevrey-Chambertin)
  • Erste Lage is de derde categorie met druiven van enkel door het kadaster vastgelegde percelen en nogmaals strengere regelgeving: 60hl/ha toegelaten, manuele pluk, welbepaalde vinificatieprocessen. (equivalent Bourgogne zijn de Premier Cru-wijnen vb Gevrey-Chambertin Clos des Varoilles, Premier Cru)
  • Grosse Lage is de top van de Duitse kwaliteitswijnen met druiven van welomschreven wijngaarden, kadastraal vastgelegd. Hiervan is maar 50 hl/ha toegelaten met eveneens manuele oogst en klassieke vinificatietechnieken. (equivalent Bourgogne zijn de Grand Cru-wijnen zoals Charmes-Chambertin Grand Cru).

Deze samenvatting bevat de voornaamste elementen. Meer info en detail vindt u op de officiële VDP website : (http://www.vdp.de)

Hoe kan u als wijnconsument een VDP-wijn herkennen? Via het etiket natuurlijk dat moderner en eenvoudiger oogt en dat enkel de noodzakelijke info bevat: naam van het domein, regio en plaats van herkomst, jaartal en druivenras. Het type VDP-wijn vindt u normaal op de achterkant van de fles.  Hulpmiddel bij uitstek is de opdruk van de capsule. Daarop staat altijd het officiële logo, een druiventros in een adelaar. (zie afbeelding)afbeelding-4-doppen

 

Degustatie:

Er kwamen 6 witte en 2 rode wijnen op de proeftafel. Hierna het degustatieverslag van 1 onzer leden. (Alle wijnen aangekocht bij Langbeen Duitse Topwijn in Rumst tel 0475/634524 – website www.langbeen.biz

  1. Weingut Ratzenberger/ Mittelrhein – Bacharacher Riesling Brut 2009 – Sekt (15,80 €)ratzenberger-riesling-brut-2

Bij Duitse Sekt denk je meteen aan (te) goedkope bubbels, beendroog, hard en zonder finesse; je krijgt er het zuur van in je mond als je er nog maar aan denkt. Geen wonder dat  dit ‘spul’ vaak in Duitsland bij het ontbijt wordt aangeboden. Ben je meteen klaarwakker!!   Maar… het kan ook anders! Jawel, ook in Duitsland kennen ze de knepen van de ‘méthode traditionelle’. Dit bewijst deze overheerlijke wijn, jaargang 2009. Onze frons aangaande het jaartal verdwijnt zodra de wijn in het glas vloeit: zeer correcte kleur, goudgeel met mooie schittering maar zonder een spatje veroudering. In het glas mist ie wel wat pareling maar ik laat in het midden of het nu door de vorm van het proefglas komt dan door de leeftijd. In de neus een rijke, ratzenberger-riesling-brutexpressieve aanzet, mooi floraal en mineralig en afgerond met lichte houttoets. Naar het einde toe een hint van rijpe perzik en lichte kruidigheid.  Voor een schuimwijn zeer complex. De mond bevestigt perfect het olfactieve. Frisheid troef maar mist wat ‘mousse’ in de mond en wordt daardoor eerder een wijn dan een schuimwijn. Wat niet wegneemt dat er een perfect evenwicht is tussen fruit en zuren, mooi versmolten. De wijn eindigt met een  zachte en fijne finale en lange afdronk. Eerder bij de maaltijd dan als aperitief in te zetten (en al zeker niet bij het ontbijt) J. (score A)

  1. Weingut Rudolf Fürst/ Franken – Silvaner 2013 “Pur Mineral” (€ 11,00)FurstSilvaner

Silvaner is bij ons eerder bekend door zijn kruising met de riesling en komt dan als ‘rivaner’ op de markt. Toch is de totale aanplant van silvaner aanzienlijk in Duitsland en bekleedt zelfs de 3e plaats qua oppervlakte. In ons glas een mooie kleur, licht goudgeel met groene reflex. Aangename en frisse neus met droog-groene impressie. Zeer mineralig zonder pétrolé-toets. In de mond vrij eenvoudige aanzet. Fris en levendig maar mist wat textuur en ‘vlees’. Blijft wel lichtvoetig en smakelijk maar ook naar de finale toe blijft de wijn iets teveel op het vlakke.  Ook zeer korte finale. Aperitief of zomerse dorstlesser. (score B)

  1. Weingut Dr. Heger/ Baden – Heger Grauburgunder Kabinett 2013 “Oktav” (€ 10,90)oktrav

Dat de Duitse wijnmakers zich historisch gezien hebben laten inspireren door hun Franse collega’s merk je ook in de gebruikte rassen (met uitzondering van riesling natuurlijk). Zo komt u op de Duitse flessen namen tegen als Weissburgunder (pinot blanc), Spätburgunder (pinot noir) of zoals voor deze fles: Grauburgunder (pinot gris). Mooie kleur, licht goudgeel en met ultralichte pareling aan de glaswand. Rijke en opulente neus als aanzet. Daarna rijp wit fruit en licht exotisch (ananas). Ook een streepje honing. In vergelijking met de neus stelt de aanzet in de mond wat teleur. Eenvoudig en wat fragiel maar met een zekere fraîcheur en aangename, frisse zuren. Smakelijke finale met lichte kruidigheid en helemaal op het einde merk je op de achtergrond toch een fijne zoet-toets. Moet vele voorgerechtjes aankunnen en zal ook scoren tijdens het aperitief-met-hapjes (score B)

  1. Weingut Siegrist / Pfalz – Chardonnay 2012 “Hagestolz” VDP Ortswein (€ 13,60)

siegristAdepten van het ABC-fenomeen (Anything But Chardonnay) zijn er aan voor de moeite. Na lang verzet zijn er ook enkele Duitse wijnmakers gevallen voor de charmes van deze alomtegenwoordige druif. En was het de moeite waard? In ons glas een quasi perfecte kleur met lichtgroene hint. Ook in dit glas wat CO² pareling. Maar wat een complexe neus zeg! Fruit, citrus, honing, rozemarijn en lichte houttoets. Aristocratisch bijna… Bij het proeven sta je even met de mond vol tanden… Is dit nu een Franse wijn of een Duitse? Mijn besluit : ‘Best of both Worlds’: Frisheid en elegantie met Duitse precisie; volume en complexiteit met Franse gastronomische invloed. Knap! Uitstekende wisselwerking tussen fruit en zuren. Stevige textuur en eindigend in een rijke, complexe finale die lang nazindert. Absoluut lekkere wijn en verdient een topscore. Feestwijn voor feestgerechten! (score AA)

  1. Schloss Lieser / Mosel – Riesling Spätlese trocken 2013 (€ 15,90)schlosslieser

De Moezelvallei is en blijft een leuke reisbestemming voor een kort verblijf. Vele “Weinstübe” nodigen de argeloze toerist uit voor een “Weinprobe” maar het gevaar voor een teleurstellende ervaring loert om elke rivierbocht. Toch leveren de steile rivierhellingen kwaliteitsvolle wijnen af. Indien u er op gebrand bent ter plaatse een voorraadje in te slaan is het aangeraden om u vooraf goed te documenteren om er zo de betere producenten uit te halen. 1 zaak is zeker: met die steile hellingen is het is zeer arbeidsintensief werken, alles moet manueel gebeuren wat zich vertaalt in het kostenplaatje. Een goede moezelwijn kan bijgevolg niet goedkoop zijn.  En dat is dus het geval voor deze riesling van Schloss Lieser (wijnmaker is Thomas Haag, gereputeerd wijnadviseur voor diverse topdomeinen).

De kleur is alleszins correct: lichtgeel met grijs-groene reflex. Ook wat CO² rest. In de neus opent deze wijn opvallend mineralig gecombineerd met citrus (pompelmoes). Frisse neus met zekere complexiteit want na walsen krijg je geel fruit geserveerd. In de mond een frisse en beendroge aanzet. Het zuurgeweld overschaduwt het fruit wat een onevenwicht met zich meebrengt. De fraîcheur en de frisheid gaan hier in de overtreffende trap wat mij doet vermoeden dat er op de markt vraag is naar dit type wijn. Met een wijn volledig uit balans en zonder enige finesse is dit een gemiste kans. In de finale en de retro blijven de harde zuren opspelen. Een collega-proever merkt op dat de wijn misschien te vroeg werd gedegusteerd. Door een manifest gebrek aan fruit lijkt mij dit een utopie. Door de zuren lijkt Asperges à la flamande mij toch een optie. (score B)

 

  1. Weingut Kühling-Gillot/ Rheinhessen – Riesling 2011 “Nierstein” (€ 19,90)kuhing-gillot

“Liebfraumilch” en “Niersteiner Gutes Domtal” waren in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw de vaandeldragers van de Duitse wijnbouw. Helaas is de beschamende kwaliteit van deze wijnen niet het ideale uithangbord geweest en heeft mede daardoor Duitsland de goede trein richting wijnconsumptie en –toerisme gemist. Dat deze wijnbouwer toch Nierstein op zijn etiket plaatst is een bewijs dat hij overtuigd is van de degelijkheid van zijn terroir en dat manifesteert zich meteen in het glas want de wijn bevestigt al door zijn kleur: flonkerend goudgeel (strogeel bijna) en geen CO²-pareling in het glas. Mineralige aanzet in de neus, zeer pétrolé. In eerste instantie overdondert dit facet de andere componenten maar na enkele minuten (en walsen) komt er een extra dimensie bij; fruit en lichte kruidigheid. De smaak overtreft zelfs de geur: gul, vet en complex, aanzet van wit fruit, lichte zoettoets met rijp fruit en mooie verfijnde zuren. In het middenstuk opnieuw mineralig en tonen van citrus. Goede textuur samen met goede balans. De finale presenteert zich een beetje “rond” zonder dat je van molligheid noch zoet kan spreken en bederft de pret geenszins. Uit-ste-ken-de wijn die goed zal scoren bij een (Oosterschelde)kreeft. (score AA)

  1. Weingut August Kesseler / Rheingau – Pinot Noir “N” 2011 – VDP Gutswein (€ 15,30)

Opnieuw een bewijs dat wijnmakers moeten durven pinoom zich opnieuw uit te vinden en bestaande tradities tegen het licht te houden. Wie had 15 jaar geleden durven denken dat de pinot noir een prominente ster in het Duitse wijnfirmament zou innemen? Nogmaals: het vizier van de Duitse wijnbouw staat duidelijk op Bourgogne gericht. Kunnen de 2 volgende wijnen de competitie aan met hun Franse voorbeelden? De kleur van wijn 7 is alleszins geruststellend: licht robijnrood met lichte veroudering aan de rand en brede meniscus. Hoewel in rood oogt de kleur van deze pinot toch minder fraai dan die van de witte wijnen die meer nuance en fonkeling in zich hadden. In de neus starten we met rood fruit, lichtjes gestoofd, impressies van pruimen en tabak. Na walsen wint de wijn aan complexiteit. De aanzet in de mond is niet strak, heeft zelfs wat rondeur, de zuren zijn minder manifest aanwezig, tannine afwezig, het fruitaccent overheerst. Het middenstuk is redelijk gestoffeerd met een redelijke balans alhoewel in de finale er toch wat vrijstaande zuren opspelen. Mijn buurman noteert kortweg : ‘moeilijke wijn’ en daar sluit ik mij graag bij aan. Voor de eenvoudige gerechten zoals een charcuterieschotel met stokbrood bijvoorbeeld. (score B+)

  1. Weingut Jean Stodden / Ahr – Spätburgunder 2012 “JS” (€ 24,25)jeanStodden

De Ahr-vallei staat al sinds mensenheugenis bekend voor haar rode wijnen. Ook hier hebben ambitieuze domeinen de oorspronkelijke wijnstokken gerooid en zijn overstag gegaan voor de pinot noir. Met een prijskaartje dat net zo goed aan een bourgognefles zou kunnen hangen maakt deze wijnboer het zich niet gemakkelijk. Blijkbaar valt de moderne wijnconsument als een blok voor dit type want er zijn wachtlijsten en contingenten voor de wijnen van Jean Stodden. Wat wij vanavond proeven is ook “maar” zijn basiscuvee. JS heeft nog 2 wijnen in een hoger gamma. Zijn duurste fles kost bijna 100 euro. Faut le faire in Duitsland!

Deze wijn oogt in ieder geval mooi, is doorzichtig maar dieper ingekleurd dan wijn 7. Vette tranen biggelen naar beneden. Een brede meniscus getuigt van de geringe kleurcapaciteit van de ‘Spätburgunder’. Complexe neus met rood fruit in de aanzet, dan kruiden (zoethout en peper) en een lichte vanilletoets. Frisse en gelijktijdig zijdeachtige aanzet in de mond, opnieuw met rood fruit, tikje zoet (cuberdons) en wat vanille. Goede textuur, geen harde, storende tannines en aangename fraîcheur. In de (lange) finale toch een tikje plakkerig. Sterke retro.  Goed alternatief voor een basisbourgogne en evenwaardig gastronomisch inzetbaar.  (score A)

Na afloop werd het proefpanel gevraagd om hun voorkeurwijn aan te duiden. In wit werd het verrassend genoeg nog spannend met 14 stemmen voor wijn 6 en 10 stemmen voor wijn 2. In rood was de uitslag voorspelbaar: met slechts 5 stemmen voor wijn 7 en een absolute meerderheid voor wijn 8.

Wat te onthouden van deze avond?

Duitsland heeft een eeuwenoude wijntraditie te verdedigen maar deemsterde wat weg op het internationale wijntoneel. De bemoeizieke overheid met autonome “Länder” èn het smaakprofiel van de gemiddelde Duitse consument deden het marktaandeel (met de daaraan verbonden euro’s) geen goed. Gelukkig heeft een aantal gerespecteerde domeinen de vinger aan de pols gehouden en tijdig (?) ingezien dat het roer diende omgegooid. Het is nog een hele weg vooraleer de internationale wijnwereld deze revolutie zal appreciëren maar de eerste stappen zijn gezet en deze proefavond leerde ons alvast dat :

  • Er voldoende kwaliteit aanwezig is om van een “Wiedergutmachung” te kunnen spreken
  • Je toch een briefje van minstens 10 euro moet hebben om kwaliteit in de fles te vinden
  • De rode wijnen op basis van pinot noir een opmerkelijke finesse bezitten